Conflicten
Hoger beroep
In het hoger beroep wordt de zaak volledig opnieuw beoordeeld en kunt u ook nieuwe standpunten en argumenten naar voren brengen.
Ongeveer 30% van de door rechtbanken gewezen vonnissen gaat in hoger beroep onderuit
Is de uitkomst van een procedure bij de rechtbank niet naar wens, dan kan het zinvol zijn om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof. In het hoger beroep wordt de zaak volledig opnieuw beoordeeld. Daarbij hebt u ook de gelegenheid nieuwe standpunten en argumenten naar voren te brengen. Dat kan bijvoorbeeld wanneer die bij de rechtbank over het hoofd zijn gezien of de rechtbank bepaalde aannames heeft gedaan die onjuist zijn. Waar de rechtbank normaliter bestaat uit slechts één rechter wordt een zaak bij het Gerechtshof door drie rechters beoordeeld. Voordeel daarvan is dat zij de kwestie met elkaar bediscussiëren en zo beter kunnen komen tot een goed afgewogen oordeel. Drie weten normaal gesproken immers meer dan één.
Hoe verloopt een hoger beroep procedure?
De procedure in hoger beroep begint met een formele aankondiging door de deurwaarder dat hoger beroep wordt ingesteld. Dat moet uiterlijk binnen drie maanden na datum van het vonnis van de rechtbank.
Start hoger beroep: comparitie na aanbrengen
Het kan zijn dat het gerechtshof besluit het hoger beroep te beginnen met een zitting; de zgn. comparitie na aanbrengen. Die zitting vindt dus plaats voordat de beide partijen schriftelijk hebben beargumenteerd wat zij vinden van het vonnis dat de rechtbank heeft uitgesproken. Een belangrijk doel dat het Gerechtshof hiermee beoogt is om op deze zitting te bezien of niet alsnog kan worden gekomen tot gezamenlijke afspraken over een oplossing.
Waarom is het vonnis van de rechtbank (on)juist?
Leidt de comparitie niet tot resultaat, of heeft het Gerechtshof bij voorbaat al onvoldoende vertrouwen dat in onderling overleg tot een regeling kan worden gekomen, dan hebben beide partijen éénmaal de gelegenheid hun standpunt in een schriftelijk stuk uiteen te zetten. De partij die in hoger beroep gaat, doet dat door het schrijven en indienen van de zgn. memorie van grieven. In dat stuk wordt uiteengezet waarom het vonnis van de rechtbank onjuist is. De andere partij reageert met de zgn. memorie van antwoord waarin wordt beargumenteerd waarom de bezwaren tegen het vonnis niet moeten worden gehonoreerd.
Gelijktijdig met het indienen van de memorie van antwoord kan de verwerende partij in het hoger beroep ook zelf bezwaar maken tegen het vonnis. Bijvoorbeeld doordat zij gedeeltelijk in het ongelijk is gesteld. De andere partij mag hierop dan nog een keer schriftelijk reageren.
Zitting en uitspraak
Na deze schriftelijke ronde mogen beide partijen het Gerechtshof vragen een zitting te laten plaatsvinden zodat zij hun standpunt ook nog mondeling kunnen beargumenteren. Indien geen van beide partijen behoefte heeft aan een zitting zal het Gerechtshof uitspraak doen op basis van de schriftelijke stukken. Vindt er wel een zitting plaats dan wordt uitspraak van het hoger beroep gedaan een aantal maanden nadat de zitting heeft plaatsgevonden. Het Gerechtshof kan in haar uitspraak de zaak volledig beslissen, maar kan bijvoorbeeld ook bepalen dat nog getuigen moeten worden gehoord.
De doorlooptijd van het hoger beroep is vergelijkbaar met de duur van de procedure bij de rechtbank. In de tussenliggende periode is het uitgangspunt dat het oordeel van de rechtbank gevolgd moet worden, tenzij daartegen juridische maatregelen worden getroffen of daarover afspraken worden gemaakt met de andere partij.
Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 30% van de door rechtbanken gewezen vonnissen in hoger beroep onderuit gaat
Kans op succes hoger beroep procedure
De ervaring leert dat het zeer regelmatig voorkomt dat in de procedure bij de rechtbank niet alle relevante argumenten zijn aangevoerd en niet alle belangrijke feiten voldoende naar voren zijn gebracht. Soms komt dat doordat de behandeling door de advocaat beter had gekund en soms doordat alle feiten pas in de loop van de procedure bij de rechtbank goed duidelijk worden. Het hoger beroep biedt de mogelijkheid dat te herstellen.
Wat ook voorkomt is dat alle argumentatie wel naar voren is gebracht, maar de rechtbank het één en ander niet goed lijkt te hebben begrepen of zelfs belangrijke argumenten lijkt te hebben genegeerd. Een partij die dat overkomt meent vaak dat de rechtbank de zaak nogal eenzijdig heeft beoordeeld en heeft het gevoel door de rechtbank niet te zijn gehoord. In hoger beroep kan de zaak dan opnieuw worden bekeken en is het een voordeel dat dat gebeurt door drie rechters die de zaak met elkaar bediscussiëren.
Meer over conflicten:
klik verder als u meer wilt weten hoe wij u kunnen adviseren over de volgende gebieden/onderwerpen:
GESPECIALISEERDE ADVOCATEN
Dit zijn onze advocaten die gespecialiseerd zijn op dit gebied.
Meer over conflicten
Mijn debiteur wil niet betalen
Gelijk hebben en gelijk krijgen zijn twee verschillende dingen, wordt wel gezegd. Dat is niet helemaal waar, maar het geeft aan dat een uitspraak van de rechter lang niet altijd bevredigend wordt gevonden.
Aansprakelijkheid bestuurder stichting bij verregend festival
Ook een bestuurder van een stichting kan risico lopen om persoonlijk aansprakelijk gesteld te worden. Dit is niet nieuw, maar blijkt maar weer eens uit een recent vonnis van de rechtbank Oost-Brabant. De bestuurder van een Stichting die was opgericht om een festival te organiseren, was een dag voor de start van het festival nieuwe financiële verplichtingen aangegaan, terwijl de weersverwachtingen slecht waren.
Landjepik: de juridische mogelijkheden bij verlies eigendom van stuk grond
Tussen buren kan er discussie bestaan over wie eigenaar is van een bepaald stuk grond. Een dergelijke discussie kan ontstaan als op enig moment één van de buren een erfafscheiding op een zodanige manier plaatst dat daardoor een stuk grond dat eigendom is van de ander in bezit wordt genomen. De eigenaar heeft de mogelijkheid om zijn eigendom op te eisen (oftewel een revindicatoire vordering in te stellen). Een dergelijke vordering kan echter na verloop van tijd niet meer ingesteld worden als gevolg van verkrijgende verjaring.