Indien een consument een product of dienst van u afneemt, maar nalaat binnen de gestelde betalingstermijn te betalen, dient u incassohandelingen te verrichten teneinde betaling toch te ontvangen.
De redelijke kosten die u hierbij maakt, komen voor vergoeding in aanmerking. Welke handelingen moeten hiervoor worden verricht?
In geval van een consument-schuldenaar zijn deze incassohandelingen duidelijk in de wet omschreven. Op grond van art. 6:96 lid 6 BW dient u de consument een veertiendagenbrief te zenden waarin u de schuldenaar na het intreden van het verzuim aanmaant om binnen een termijn van veertien dagen tot betaling over te gaan. In de rechtspraak was echter niet uitgemaakt of direct na deze veertien dagen de consument incassokosten verschuldigd is of dat daarvoor nog een nadere incassohandeling moest worden verricht. In dat kader heeft de kantonrechter van de rechtbank Gelderland een prejudiciële vraag gesteld aan de Hoge Raad. Ons hoogste rechtsorgaan oordeelde dat de veertiendagenbrief zelf al een incassohandeling is. Dit brengt met zich mee dat u als schuldeiser hierna niet nog nadere incassohandelingen dient te verrichten om aanspraak te kunnen maken op vergoeding van de incassokosten. De hoogte van de incassokosten is overigens genormeerd in het besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten.
Conclusie: na verzenden van de veertiendagenbrief, verstrijken van deze termijn en uitblijven van betaling, is de consument-schuldenaar incassokosten verschuldigd. Pas op: dit geldt alleen voor consumenten. Bij overige schuldenaren zijn andere incassohandelingen noodzakelijk voor de verschuldigdheid van incassokosten.
Informatie
Hebt u vragen over dit onderwerp, dan kunt u contact opnemen met ons kantoor op nummer 010 – 209 27 77 of via info@lvh-advocaten.nl.