Bedrijven in financiële moeilijkheden
Bestuurdersaansprakelijkheid
De taak van een bestuurder kan complex zijn. De bestuurder dient zich te richten naar het belang van de bestuurde vennootschap. Tegelijkertijd dient rekening gehouden te worden met belangen van diverse stakeholders. Dergelijke belangen kunnen met elkaar botsten. Als de vennootschap in financiële problemen komt te verkeren ziet de bestuurder zich vaak voor moeilijke keuzes gesteld.
Het uitgangspunt van de wetgever is dat een bestuurder niet te snel aansprakelijk gehouden zou moeten kunnen worden. Bij ondernemen hoort immers ook risico’s nemen en het is niet de bedoeling dat bestuurders te risicomijdend worden.
Gronden voor bestuurdersaansprakelijkheid
Er zijn diverse wettelijke gronden voor aansprakelijkheid van de bestuurder. Een bestuurder is aansprakelijk jegens de vennootschap vanwege onbehoorlijk bestuur als hem een ernstig verwijt gemaakt kan worden. In geval van faillissement van de vennootschap onderzoekt de faillissementscurator of er grond is om de bestuurder aansprakelijk te stellen voor aanzuivering van het boedeltekort. Hierbij kan de curator geholpen door wettelijke vermoedens van bestuurdersaansprakelijkheid wanneer de jaarrekeningen te laat zijn gedeponeerd of de boekhouding niet op orde is. Naast deze specifieke regelingen voor bestuurdersaansprakelijkheid kan een bestuurder ook aansprakelijk gesteld worden op grond van onrechtmatige daad, bijvoorbeeld door een schuldeiser. Ook dan geldt de voorwaarde dat de bestuurder een persoonlijk ernstig verwijt gemaakt moet kunnen worden. Hiervan is bijvoorbeeld sprake als de bestuurder de vennootschap verplichtingen heeft laten aangaan, terwijl hij op dat moment wist of had moeten weten dat de vennootschap de verplichtingen niet of niet binnen een redelijke termijn zou kunnen nakomen.
Er gelden bijzondere regelingen voor bestuurdersaansprakelijkheid jegens de fiscus en bedrijfstakpensioenfondsen. Vanwege deze regelingen is het voor bestuurders van groot belang om tijdig betalingsonmacht te melden.
Advocaten Bestuurdersaansprakelijkheid LVH
De advocaten van ons kantoor in Rotterdam hebben ruime ervaring met bestuurdersaansprakelijkheidskwesties. Deze werkzaamheden bestaan uit het bijstaan van aansprakelijk gestelde bestuurders. Ook worden cliënten bijgestaan die bestuurders aansprakelijk willen stellen. Voorts worden bestuurders begeleid in moeilijke periodes, zoals bij financiële problemen, bij het maken van keuzes op een wijze waarop het risico op aansprakelijkheid wordt geminimaliseerd. Meerdere advocaten van ons kantoor hebben ruime ervaring als faillissementscurator, zodat zij goed kunnen beoordelen hoe een curator de kwestie zal (dienen te) beoordelen.
Meer over Bedrijven in financiële moeilijkheden:
klik verder als u meer wilt weten hoe wij u kunnen adviseren over de volgende gebieden/onderwerpen:
GESPECIALISEERDE ADVOCATEN
Dit zijn onze advocaten die gespecialiseerd zijn op dit gebied.
Meer over bedrijven in financiële moeilijkheden
Kan een girale betaling van na datum faillissement teruggevorderd worden?
Onlangs heeft de Hoge Raad een interessant arrest gewezen waarin twee belangrijke beginselen uit het faillissementsrecht, namelijk het fixatiebeginsel en het beginsel van paritas creditorum, een rol spelen. De zaak ging over een situatie waarin na datum faillissement een girale betaling vanaf de bankrekening van de gefailleerde heeft plaatsgevonden aan een schuldeiser. De vraag die centraal stond was of de curator de betaling kon terugvorderen van de schuldeiser. In dit artikel worden de casus, de relevante beginselen en het oordeel van de Hoge Raad besproken.
Afwijzing homologatieverzoek WHOA akkoord
De Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) is op 1 januari 2021 in werking getreden. Inmiddels is er een substantieel aantal uitspraken over gewezen. Het is nog steeds de vraag hoe de praktijk zich gaat ontwikkelen en of gezegd kan worden of de invoering van de wet een succes is geweest. Tot op heden is het aantal (gepubliceerde) toegewezen homologatieverzoeken nog relatief gering.
Is rente over een huurboedelschuld ook een boedelschuld?
Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen over de vraag of wettelijke rente of contractuele vertragingsrente over de als boedelschuld verschuldigde huurprijs een boedelschuld is.