Over de Auteurs: LVH Advocaten

< terug naar overzicht

Wat zijn buitengerechtelijke kosten en welke kosten kun je verhalen op een zakelijke wederpartij?

Deze 2 vragen komen in feite in elke zaak aan de orde waarbij ik een cliënte bij sta die een vordering wil verhalen. In de meeste gevallen kijken we in een zaak eerst of deze buiten rechte kan worden opgelost. In dit traject – voordat we naar de rechter gaan – worden de zogenaamde buitengerechtelijke kosten gemaakt, voor onder meer het aanschrijven en overleg met de -zakelijke- wederpartij of diens advocaat.

 

Jurisprudentie buitengerechtelijke kosten

In het arrest van 12 april 2019 heeft de Hoge Raad hier opnieuw aandacht aan besteed en benoemd welke buitengerechtelijke kosten wel en niet voor een vergoeding in aanmerking komen.

Hierbij wordt door de Hoge Raad allereerst de standaard jurisprudentie (ECLI:NL:HR:2003:AF7004 en ECLI:NL:HR:2005:AR6164) aangehaald, waaruit blijkt dat het opstellen en versturen van een aanmaning of een andere eenvoudige brief niet voldoende is bij een zakelijke wederpartij om aanspraak te maken op een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten.

Meerdere buitengerechtelijke werkzaamheden verricht

In voornoemde uitspraak van 12 april 2019 werd aangevoerd dat er wel een aanspraak gemaakt kon worden op het verhalen van buitengerechtelijke kosten aangezien er meerdere handelingen waren verricht, zoals het versturen van een klachtbrief, het opstellen en verzenden van een opt-out verklaring en een stuitingsbrief. Allen overigens conform modellen.

 

Gestandaardiseerde en eenvoudige werkzaamheden

De Hoge Raad oordeelt dat de verrichte buitengerechtelijke werkzaamheden niet meer behelzen dan het opstellen en versturen van enkele gestandaardiseerde stukken. Dergelijke werkzaamheden moeten op een lijn worden gesteld met het opstellen en versturen van een aanmaning of een andere eenvoudige brief, zoals bedoeld in voornoemde standaard jurisprudentie.

De Hoge Raad geeft aan dat deze werkzaamheden op grond van art. 6:96 lid 3 BW in verbinding met art. 241 Rv in een procedure niet voor vergoeding in aanmerking komen. Ze verschieten als het ware van kleur (van buitengerechtelijke kosten naar procedurele kosten) zodra er een procedure wordt gestart en worden geacht onder de werkzaamheden ter voorbereiding van een procedure te vallen. Er is dan geen plek voor een separate vergoeding.

 

Enkel proceskosten

Ook het voeren van een intakegesprek, het beoordelen van de haalbaarheid van de aanspraken van eisende partij en het adviseren daaromtrent, als ook het verzamelen van gegevens om de omvang van de aanspraken van eiser te kunnen bepalen, komen niet voor vergoeding in aanmerking. Dat zijn werkzaamheden die volgens de Hoge Raad ook moeten worden verricht ter voorbereiding van een procedure en die derhalve onder art. 6:96 lid 3 BW en art. 241 Rv vallen.

 

Wanneer wel een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten

Ter herinnering, wanneer is er dan wel een vergoeding voor mogelijk: Wanneer er diverse inhoudelijke, dat wil zeggen meer dan 2 niet gestandaardiseerde, brieven zijn verzonden en/of er substantieel overleg is geweest met de wederpartij om tot een minnelijke regeling te komen.

Wilt u meer weten over uw mogelijkheden van vergoeding van buitengerechtelijke kosten neemt u dan gerust contact op met LVH advocaten.

Categorieën: berichten, nieuws