Over de wijze van berekening van kinderalimentatie wordt al jarenlang discussie gevoerd in de politiek. Voor de betrokkenen is het vaak ondoorzichtig hoe een kinderbijdrage precies tot stand komt. Ook laat het huidige systeem teveel ruimte voor geschil en wordt er vaak uitgegaan van ficties en forfaitaire bedragen. Dit kan er dan ook toe leiden dat een kinderbijdrage wordt vastgesteld die in werkelijkheid niet kan worden betaald. Tevens kent het huidige systeem geen minimumbijdrage, zodat een verzorgende ouder bij het ontbreken van draagkracht van de andere ouder volledig alleen staat voor de financiële zorg voor de kinderen. Er bestaat dan ook behoefte aan meer eenvoud, duidelijkheid, voorspelbaarheid en rechtvaardigheid.
Inmiddels is door de Werkgroep Alimentatienormen een nieuwe richtlijn voor kinder-alimentatie vastgesteld die zal ingaan op 1 april 2013. Dit nieuwe systeem moet ook ouders zelf in staat stellen om afspraken te maken over de kinderalimentatie.
Het nieuwe systeem komt erop neer dat zowel de behoefte van het kind als de draagkracht van de ouders worden vastgesteld aan de hand van een tabel. De behoefte van het kind kan worden afgelezen aan de hand van een tabel die uitgaat van het netto gezinsinkomen en de leeftijd van de kinderen. Dit is in het huidige systeem ook het geval. Nieuw is dat op het gevonden bedrag het eventuele kindgebonden budget in mindering wordt gebracht. Tevens is nieuw dat de draagkracht voortaan wordt vastgesteld aan de hand van een draagkracht-tabel, die uitgaat van het netto besteedbaar inkomen. De draagkrachttabel houdt rekening met een forfaitair bedrag aan lasten bij een zeker inkomen. Discussies over de vraag met welke lasten wel en niet rekening mag worden gehouden, hoeven dan niet meer plaats te vinden. Bij een bepaald inkomen word je simpelweg geacht een bepaalde draagkracht te hebben. Tevens kan de niet-verzorgende ouder aanspraak maken op een zorgkorting, voor de dagen dat de kinderen bij hem / haar verblijven. Deze zorgkorting komt dan in mindering op de te betalen kinderbijdrage. Hebben de ouders echter onvoldoende draagkracht om volledig in de behoefte van het kind te voorzien, dan wordt de zorgkorting niet toegepast. Op deze wijze wordt ’de armoede’ verdeeld. Tevens is sprake van een minimumbijdrage, omdat aan een netto besteedbaar inkomen tot € 1.250,– per maand een draagkracht wordt gekoppeld van € 25,– per maand.
De praktijk zal moeten uitwijzen of het nieuwe systeem daadwerkelijk tot minder betalingsproblemen leidt. Mijns inziens zal dat niet het geval zijn, nu in het nieuwe systeem juist van meer ficties wordt uitgegaan. Wel kan de minimumbijdrage worden toegejuicht.
Informatie
Hebt u vragen over dit onderwerp, dan kunt u contact opnemen met ons kantoor op nummer 010 – 209 27 77 of via info@lvh-advocaten.nl.