Op 18 november 2016 heeft de Rechtbank Midden-Nederland een vonnis gewezen inzake de vraag op welke wijze de franchiseovereenkomst tot een einde is gekomen. De voorzieningenrechter oordeelde dat voor toewijzing van de vorderingen van franchisegever voldoende aannemelijk dient te worden dat de bodemrechter zal oordelen dat de overeenkomst is geëindigd door een reguliere opzegging en dat daarmee de contractuele bepalingen, die zien op tussentijdse bepaling van de overeenkomst en waarop de vorderingen zijn gebaseerd, van toepassing zijn.
Waar ging het over?
Sales Hut is franchisegever van de afslankformule Easyslim.nu, waarbij franchisenemers afslanksalons exploiteren waarin klanten met behulp van een afslankapparaat plaatselijk afslanken en spieren opbouwen.
Vanaf 1 september 2015 heeft een franchisenemer een Easyslim.nu afslankformule geëxploiteerd. Middels diverse brieven heeft franchisegever kennelijk franchisenemer verzocht om aan de verplichtingen voortvloeiende uit de franchiseovereenkomst te voldoen, onder meer op het gebied van communicatie, marketing en opleiding. Vervolgens heeft franchisenemer bij brief van 7 oktober 2016 de vernietiging van de franchiseovereenkomst ingeroepen, omdat zij van mening was dat zij ten tijde van de totstandkoming van de franchiseovereenkomst zou hebben gedwaald.
Franchisegever heeft franchisenemer in kort geding gedagvaard en, kort samengevat, veroordeling tot betaling van de afkoopsom van € 28.500,00 gevorderd alsook franchisenemer te gebieden om iedere inbreuk op het non-concurrentiebeding te staken.
Standpunt franchisenemer
Franchisenemer heeft zich primair op het standpunt gesteld dat zij de franchiseovereenkomst bij brief van 7 oktober 2016 rechtsgeldig heeft vernietigd en subsidiair dat zij de franchiseovereenkomst heeft ontbonden wegens toerekenbare tekortkoming aan de zijde van franchisegever. Franchisegever stelde op haar beurt dat er geen sprake is van een rechtsgeldige vernietiging of ontbinding.
Franchisenemer heeft aan de door haar gestelde dwaling ten grondslag gelegd dat franchisegever onjuiste inlichtingen heeft verstrekt ten aanzien van het exclusieve gebied, het exclusieve concept van Easyslim.nu en de aard en inhoud van de franchiseformule.
Ten aanzien van het exclusieve gebied heeft franchisenemer aangevoerd dat een deel van haar rayon ook aan een andere franchisenemer was toebedeeld. Franchisegever heeft in dit kader aangevoerd dat dit een verschrijving betrof en dat dit, nadat zij daarop werd gewezen, is hersteld.
Met verwijzing naar het gestelde exclusieve concept, doelt franchisenemer met name op de vermeende exclusiviteit van het binnen de Easyslim.nu-formule gehanteerde afslankapparaat. De tekst in de franchiseovereenkomst in combinatie met het feit dat franchisegever importeur van het afslankapparaat is, wekken naar het oordeel van de rechtbank de indruk dat het gebruik van dit apparaat exclusief is voorbehouden aan franchisenemers van Easyslim, terwijl ook een andere franchiseformule gebruik maakt van hetzelfde apparaat, zij het onder een andere naam.
‘Bezint eer ge begint’
Op grond van de stukken en het ter zitting besprokene acht de voorzieningenrechter het standpunt van franchisenemer niet op voorhand onvoldoende kansrijk ten gevolge waarvan de vorderingen van franchisegever worden afgewezen. Het spreekwoordelijk gezegde ‘Bezint eer ge begint’ is hier dan ook van toepassing.
Informatie
Hebt u vragen over dit onderwerp, dan kunt u contact opnemen met ons kantoor op telefoonnummer 010 – 209 27 77 of per e-mail info@lvh-advocaten.nl.