Over de Auteurs: Peter de Graaf

< terug naar overzicht

Op 1 januari 2021 is de wettelijke regeling over het beslag op de bankrekening van natuurlijke personen gewijzigd. Sindsdien kan nog slechts rechtsgeldig beslag worden gelegd op bedragen boven een bepaald minimumbedrag.

 

Doelstelling herziening beslag- en executierecht

In het regeerakkoord 2017-2021 is opgenomen dat is gebleken dat bestaande regelingen op het terrein van het beslag- en executierecht vaak complex zijn en niet altijd voldoen aan het oplossen van alledaagse problemen van burgers. Met het programma “verbetering van het burgerlijk procesrecht” wordt getracht de kwaliteit van wetgeving te verbeteren. De doelstellingen die zijn nagestreefd met de nieuwe wettelijke regeling zijn onder meer:

  • Het voldoende waarborgen van het bestaansminimum van schuldenaren bij beslag en executie;
  • Beslaglegging en de daaruit voortvloeiende executie moeten zo effectief en efficiënt mogelijk plaatsvinden.

 

Probleem met oude regeling inzake beslag op bankrekening natuurlijke persoon

Beslaglegging op periodieke uitkeringen (loon of uitkeringen) was en is mogelijk. Bij beslag onder een werkgever of uitkeringsinstantie (op loon- of uitkeringsaanspraken van de schuldenaar) geldt een beslagvrije voet. Het beslag treft geen doel voor zover het uitkeringen ter hoogte van de beslagvrije voet betreft. Als echter het salaris of de uitkering op de bankrekening van de schuldenaar werd gestort kon in beginsel op het volledige saldo beslag worden gelegd. Er is dan juridisch gezien geen sprake van beslag op een periodieke betaling, maar op een aanspraak (vordering) die de schuldenaar op zijn bank heeft. Voor beslag op dergelijke vordering gold de wettelijke regeling inzake de beslagvrije voet niet. In de praktijk kon het op die manier alsnog gebeuren dat de schuldenaar onvoldoende bestaansmiddelen tot zijn beschikking had. Uiteraard kon dit leiden tot schrijnende situaties.

Overigens is in de rechtspraak wel aangenomen dat er sprake was van misbruik van recht in een geval waarin door een verhuurder beslag was gelegd op een bankrekening van een huurder van een woning net nadat daarop een uitkering was gestort.

 

Nieuwe regeling inzake beslag op saldo bankrekening natuurlijke persoon

Artikel 475a lid 5 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bepaalt nu dat een beslag op geldmiddelen die een natuurlijke persoon aanhoudt bij een bank slechts geldig is voor zover het gedurende een kalendermaand de beslagvrije voet overtreft. Deze beslagvrije voet bedraagt maximaal:

a. € 1.486,37 voor een alleenstaande;

b. € 1.623,45 voor een alleenstaande ouder;

c. € 1.956,90 voor gehuwden zonder kinderen;

d. € 2.093,48 voor gehuwden met een of meer kinderen.

Hiermee is dus gewaarborgd dat de schuldenaar maandelijks een bepaalde hoeveelheid geld voor eerste levensbehoeften tot zijn beschikking houdt.

 

Meer efficiëntie bij beslaglegging op bankrekeningen vanwege meer beschikbare informatie voor deurwaarders

In de wet is nu ook bepaald dat in het geval de deurwaarder gerechtigd is om beslag te leggen de schuldenaar verlicht is om desgevraagd op te geven welke bank geldmiddelen van hem onder zich heeft (art. 475aa Rv.). Verder is de deurwaarder bevoegd om aan een bank te vragen of deze geldmiddelen van een schuldenaar onder zich heeft. De bank moet deze vraag onverwijld beantwoorden en stelt de schuldenaar hierover pas in kennis als er beslag is gelegd. Deze regel is overigens niet beperkt tot beslag ten laste van natuurlijke personen, maar geldt ook voor rechtspersonen die geldmiddelen bij een bank aanhouden, zoals besloten vennootschappen.

In de al bestaande regeling moest eerst beslag gelegd worden. Vervolgens moest de deurwaarder de verklaring van de bank afwachten of het beslag al dan niet doel had getroffen. Met de nieuwe regeling kan de deurwaarder dus eerst informatie bij de bank opvragen over aangehouden geldmiddelen. Hiermee kan voorkomen worden dat onnodig tot beslaglegging wordt overgegaan (met alle kosten van dien).

 

Conclusie betreffende wetswijziging beslaglegging op bankrekening natuurlijke persoon

Deze wetswijzigingen waren hoognodig. Met name door de beperking van mogelijkheden van beslag op de bankrekening van natuurlijke personen worden al te schrijnende situaties voorkomen.

 

Advocaat incasso en beslaglegging

Als u vragen heeft over incasso en beslaglegging, neemt u dan gerust contact op met een van de specialisten van LVH advocaten.

Let op: De in dit nieuwsbericht genoemde bedragen gelden op het moment van invoering van de wet. Deze kunnen later weer door de wetgever worden aangepast. Bovendien bevat de wettelijke regeling een uitgebreide formule om de beslagvrije voet in een specifiek geval te berekenen.